Standaard Boekhandel gebruikt cookies en gelijkaardige technologieën om de website goed te laten werken en je een betere surfervaring te bezorgen.
Hieronder kan je kiezen welke cookies je wilt inschakelen:
Technische en functionele cookies
Deze cookies zijn essentieel om de website goed te laten functioneren, en laten je toe om bijvoorbeeld in te loggen. Je kan deze cookies niet uitschakelen.
Analytische cookies
Deze cookies verzamelen anonieme informatie over het gebruik van onze website. Op die manier kunnen we de website beter afstemmen op de behoeften van de gebruikers.
Marketingcookies
Deze cookies delen je gedrag op onze website met externe partijen, zodat je op externe platformen relevantere advertenties van Standaard Boekhandel te zien krijgt.
Je kan maximaal 250 producten tegelijk aan je winkelmandje toevoegen. Verwijdere enkele producten uit je winkelmandje, of splits je bestelling op in meerdere bestellingen.
By studying the reception and perception of the French Catholic philosopher Jacques Maritain, this book argues that European modernist artists and intellectuals sought a primordial finality in Catholicism. The French poet, writer, and surrealist filmmaker Jean Cocteau converted under the influence of Maritain. For the painters Gino Severini, a pioneer of Futurism, and Otto Van Rees, one of the first Dadaists -both converts- Maritain played the role of spiritual counselor. And when the promoter of abstract art Michel Seuphor embraced Catholic faith in the 1930s, he, too, had extensive contact with Maritain. For all of them, the dictum of the Irish poet Brian Coffey, once a doctoral student under Maritain, applied: modern art needs a Thomist conceptual framework. However, the contributions in The Maritain Factor also show that, besides admiration, Maritain provoked irritation with his theories. Walter Benjamin for example, could only look at Maritain as a charlatan who was out to place modern art under the glass bell jar of Catholicism. The authors demonstrate that Catholic thought was not just one aspect of the manifold varieties of modernist discourses and practices, but in fact offered a basis to organize and structure this multiplicity in the 1920s and 1930s.
With contributions by: Philippe Chenaux, Jan De Maeyer, Michael Einfalt, Jason Harding, Rajesh Heynickx, Zoë Marie Jones, Ewoud Kieft, Mathijs Sanders, Stephen Schloesser, Stéphane Symons, Cécile Vanderpelen-Diagre, James Matthew Wilson.