Roze lucht

Aurélie is advocate aan de balie van Brussel. Een duister incident met een pro deo cliënt zorgt ervoor dat ze ontgoocheld raakt in zichzelf. Ze vindt een baan bij een ngo en vertrekt naar Kinshasa. Congo kruipt diep onder haar huid. Aurélie voelt bewondering voor masseuse Colette. Maar de verschillen zijn groot. Aurélie worstelt met een schuldgevoel om haar eigen privileges, terwijl Colette een rijkdom bezit die nooit te koop is: authenticiteit. Als de vraag over vriendschap moeilijk ligt, is het met de liefde al helemaal lastig. Ver weg van haar thuisland, van alles wat vertrouwd en veilig was, maar ook weg van moeilijke jeugdherinneringen en loze beloften, is Jacques -een Libanese zakenman- Aurélie’s steun en toeverlaat. Met een bodem van onschatbare waarde zou Congo het rijkste land ooit moeten zijn. Aurélie speurt naar verklaringen voor zoveel inefficiëntie. Haar nieuwe expat levensstijl vol feestjes, drank en drugs tegen een achtergrond van ‘s werelds vrolijkste miserie zorgt voor tweestrijd. Met behulp van Colette ontrafelt Aurélie de geheimen achter Cercle 27, een organisatie die er doeltreffend voor zorgt dat het belangrijkste exportproduct van Congo armoede blijft.

Roze Lucht neemt je mee naar de prachtige chaos van hedendaags Kinshasa. Het is een verhaal over liefde, vriendschap en twijfel, over botsen op demonen die al dan niet uit de spiegel komen gekropen. Het is fictie ontstaan uit persoonlijke vraagtekens in het land van het eeuwige potentieel.



Julie Van Erps (1986) woonde negen jaar in Afrika. Ze werkte als jurist in de Democratische Republiek Congo. Samen met haar gezin woont ze nu terug in België. Uit liefde voor Congo begon ze met het schrijven van dit verhaal.



“Roze lucht legt met humor, lef en ruwe eerlijkheid de vinger op de wonde.”



Jean-Michel Trésor



De bevrijding uit een interne worsteling rijmt met het drenken in een Afrikaans kluwen. De verkenning van Afrikaanse authenticiteit brengt ons dichter bij waarden als veerkracht, menselijke waardigheid en schoonheid.”



Johan A. Swinnen