Standaard Boekhandel gebruikt cookies en gelijkaardige technologieën om de website goed te laten werken en je een betere surfervaring te bezorgen.
Hieronder kan je kiezen welke cookies je wilt inschakelen:
Technische en functionele cookies
Deze cookies zijn essentieel om de website goed te laten functioneren, en laten je toe om bijvoorbeeld in te loggen. Je kan deze cookies niet uitschakelen.
Analytische cookies
Deze cookies verzamelen anonieme informatie over het gebruik van onze website. Op die manier kunnen we de website beter afstemmen op de behoeften van de gebruikers.
Marketingcookies
Deze cookies delen je gedrag op onze website met externe partijen, zodat je op externe platformen relevantere advertenties van Standaard Boekhandel te zien krijgt.
Je kan maximaal 250 producten tegelijk aan je winkelmandje toevoegen. Verwijdere enkele producten uit je winkelmandje, of splits je bestelling op in meerdere bestellingen.
Partizaan Winter is een roman van de Italiaanse schrijver Giacomo Verri (1978) over de vrijheidsstrijd van partizanen tegen het fascisme in de oorlogswinter van 1943. Het verhaal speelt zich af in en rond Borgosesia, de plaats waar Verri is geboren en waar hij nog steeds woont. De roman kent drie sleutelfiguren: Italo Trabucco, gepensioneerd leraar Italiaans, niet in staat keuzes in het leven te maken; Jacopo Preti, een student, die zijn studie heeft opgegeven voor een partizanenbestaan en Umberto Dedali, een jongen van tien, die de fascisten wil verslaan en ervan droomt om zich aan te sluiten bij de partizanen. De drie personages raken op hun eigen manier verwikkeld in de oorlogsgebeurtenissen met als dieptepunt de represaille door het fascistische en berucht wrede Tagliamento-legioen voor de moord op twee van hun kameraden door de partizanen. Na een nacht van gruwelijke martelpraktijken fusilleert het legioen tien inwoners van Borgosesia.
Verri heeft van de taal een hoofdpersoon willen maken, die een groeiproces doormaakt dat groter of duidelijker is in vergelijking met dat van de personages. Naarmate de roman vordert, groeit zij aan tot een ongecontroleerde lawine die naar beneden stort: ze wordt vreemd, gestoord, idioot, expressionistisch door dialectale en vocabulaire provocaties. Verri drukt de lezer met het volle gezicht in het fascistisch bloedbad.