Sinds de inwerkingtreding op 1 november 2018 van de wet van 15 april 2018 houdende de hervorming van het ondernemingsrecht is het handelsrecht opgeheven en werd een belangrijk stuk juridische basiskennis grondig dooreengeschud.
Leerstukken Ondernemingsrecht analyseert de nieuwigheden in het Wetboek van economisch recht, het (Nieuw) Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en het Gerechtelijk Wetboek, zoals het formele ondernemingsbegrip, de bevoegdheid van de ondernemingsrechtbank, het ondernemingsbewijsrecht, het optreden in rechte van organisaties zonder rechtspersoonlijkheid en de nieuwe faillissementsaansprakelijkheden voor bestuurders.
Deze nieuwe regels worden op systematische wijze gekaderd in wat ongewijzigd bleef en wat gewijzigd werd in het WVV en het Nieuw BW, zodat de lezer telkens een actuele stand krijgt van een volledig leerstuk.
Enkele vragen die aan bod komen:
• Is elke bestuurder van een vennootschap of VZW nu zelf ook een onderneming?
• Geldt het ‘vermoeden van hoofdelijkheid’ voortaan ook voor vrijberoepsbeoefenaars?
• Is de ondernemingsrechtbank bevoegd voor geschillen over de overdracht van aandelen?
• Kan volgens Boek 8 van het NBW ook een aanvaarde factuur worden geprotesteerd?
• Hoe kan een feitelijke vereniging worden gedagvaard in het licht van het nieuwe artikel 703, § 2 Ger.W.?
• Valt ook een onderwijsinstelling onder de regels inzake markpraktijken?
• Wat is de betekenis van de kwantitatieve beperking op bestuursaansprakelijkheid uit het WVV voor de faillissementsaansprakelijkheden van Boek XX WER?
We publiceren alleen reviews die voldoen aan de voorwaarden voor reviews. Bekijk onze voorwaarden voor reviews.