Standaard Boekhandel gebruikt cookies en gelijkaardige technologieën om de website goed te laten werken en je een betere surfervaring te bezorgen.
Hieronder kan je kiezen welke cookies je wilt inschakelen:
Technische en functionele cookies
Deze cookies zijn essentieel om de website goed te laten functioneren, en laten je toe om bijvoorbeeld in te loggen. Je kan deze cookies niet uitschakelen.
Analytische cookies
Deze cookies verzamelen anonieme informatie over het gebruik van onze website. Op die manier kunnen we de website beter afstemmen op de behoeften van de gebruikers.
Marketingcookies
Deze cookies delen je gedrag op onze website met externe partijen, zodat je op externe platformen relevantere advertenties van Standaard Boekhandel te zien krijgt.
Je kan maximaal 250 producten tegelijk aan je winkelmandje toevoegen. Verwijdere enkele producten uit je winkelmandje, of splits je bestelling op in meerdere bestellingen.
English summary: Since the recent discussion about the conception of truth has not needed a theological or a metaphysical basis, Roderich Barth examines the possibility of reconsidering the idea of God as the eternal truth. The four studies in this book focus on the relationship between the concept of truth in the fields of theology and the theory of judgment. In his works, Thomas Aquinas shows the paradigm of a synthesis of both theory traditions, whereas in Kant's critical revised version of the concept of truth in the theory of judgment he claims that in the theory of consciousness the truth is finite. Frege puts this concept of truth into a logical, semantic theoretical form which is crucial for the modern age. However the crisis pertaining to the concept of truth does allow a critical reformulation of the idea of an absolute truth, a reformulation which the author explains after dealing with the transformation of this same concept from the perspective of the theory of certainty in Fichte's works. German description: Roderich Barth untersucht, ob sich der fur das Christentum uber Jahrhunderte bestimmende Gedanke von Gott als der ewigen Wahrheit unter gegenwartigen Theoriebedingungen reformulieren lasst. Die neuere, durch die analytische Philosophie gepragte Diskussion zum Wahrheitsbegriff kommt ohne eine theologisch-metaphysische Grundlegung aus. Innerhalb der protestantischen Theologie versucht man dieser Situation mit unterschiedlichen Strategien zu begegnen - nicht zuletzt mit einem programmatischen Verzicht auf den Gedanken eines gottlichen Wahrheitsgrundes. Nach einer Durchsicht dieser Debattenlage befasst sich der Autor in vier problemgeschichtlich-systematischen Studien mit dem Verhaltnis zwischen urteilstheoretischem und theologischem Wahrheitsbegriff. Das klassische alteuropaische Paradigma einer Synthese beider Theorietraditionen zeigt sich am Beispiel der onto-theologischen Grundlegung des materialen Wahrheitsbegriffs bei Thomas von Aquin. Die bewusstseinstheoretische Verendlichung der Wahrheit wird in Kants kritischer Neufassung des urteilstheoretischen Wahrheitsbegriffs vollzogen. Gereinigt von seinen korrespondenztheoretischen Pramissen wird dieses Wahrheitsverstandnis durch Frege in eine logisch-semantische Theoriegestalt uberfuhrt, die fur die Moderne massgeblich wurde. Die so rekonstruierte Krise des theologischen Wahrheitsbegriffs lasst jedoch auch eine kritische Reformulierung des Gedankens einer absoluten Wahrheit zu. Sie erfolgt im Anschluss an die gewissheitstheoretische Umformung desselben in Fichtes Theorie des endlichen Wahrheitsbewusstseins.