
“Ik hou van fysieke boeken, echt papier. Ook tijdens mijn reizen hou ik mijn dagboek liever bij op papier. Noem me wat ouderwets, maar ik ben toch nog altijd licht wantrouwig tegenover alles wat digitaal is. Ik ben altijd bang dat iets niet goed opgeslagen zal zijn (lacht).”
“Ik liet me helemaal meeslepen met ‘Het achtste leven (voor Brilka)’ van Nino Haratischwili. Het vertelt de geschiedenis van een Georgische familie, gespreid over 100 jaar. Ik vind het heerlijk om die cultuur via de ogen van gewone mensen te mogen ontdekken. Het is bloedstollend mooi en meelevend verteld. Ik vind het zelfs zo mooi, dat ik het al drie keer cadeau gedaan heb. En dat doe ik normaal nooit, omdat iedere persoon zijn eigen smaak heeft. Ik hou bijvoorbeeld enorm van historische romans. Zo heb ik ook menig boek van Ken Follett verslonden. Even helemaal verdwijnen naar een andere tijd, heerlijk. Dat is voor mij de kracht van fictie. Alle registers van tijd en cultuur kunnen opentrekken, met veel oog voor details en het decor. Bij een boek duurt de sensatie veel langer dan bij een film. Een boek leeft met je mee. Als ik bijvoorbeeld ‘Brug naar dehemel’ lees, dan voel ik me echt een maand lang in de middeleeuwen. Het kan dan niet snel genoeg ’s avonds zijn zodat ik weer verder kan lezen en weer naar een andere wereld kan reizen. En als een boek uit is, ga ik echt door een soort rouwproces omdat ik afscheid moet nemen van de personages en de setting. Ik verkies romans boven non-fictie, al lees ik die laatste wel vaak voor mijn werk en uit interesse. Zo ligt ‘1942’ van Herman Van Goethem momenteel op mij te wachten en las ik onlangs ‘Aan derand van de wereld’ van Michael Pye, dat ook over de Noordzee gaat.”
“Ik genoot al van verhalen nog voor ik kon lezen: als kind heb ik heel wat luisterplaten afgespeeld. Van Robin Hood over Tante Terry tot Kinderen voor Kinderen. Het was voor mij toen een ritueel: op zondagavond, na een lekker warm bad, even luisteren naar verhalen. Toen ik zelf kon lezen, koos ik voor de avontuurlijke verhalen van Pietje Puk en strips zoals Kuifje, Alex, Thorgal en Buck Danny. Verhalen zijn echt een rode draad in mijn leven. Toen ik zelf kinderen kreeg, bouwde ik ook zo’n ritueel in. Alleen las ik niet voor uit een boek, maar vertelde ik verhalen. Zo eventjes voor het slapengaan een intiem moment creëren en de dag neerleggen. Zalig. En al zijn ze nu wat ouder, elkaar verhalen vertellen blijft een terugkomende factor.“
ARNOUT HAUBEN (1976)
Foto: © Arnout Hauben, De chinezen en Polis